1. Bereid de bodem voor. Check of de grond niet te vochtig is en kies een plekje met veel zon. Een luchtige bodem is belangrijk, dus werk de grond eerst goed los. Door Horta bodemverbeteraar te mengen met de grond, creëer je de ideale groeiomstandigheden voor je bloembollen. Verwijder steentjes en onkruid.

TIP! Bloembollen rotten wanneer ze te lang in natte grond staan. Vermijd daarom zones van je tuin waar het water kan blijven staan.

2. Maak het plantgat. Gebruik hiervoor een speciale bollenplanter of een plantenschop. Kijk op de verpakking hoe diep je de bloembol best plant. De ideale diepte is twee keer de hoogte van de bol. Doorgaans graaf je minstens 5 cm diep voor voorjaarsbloembollen. Zomerbloembollen plant je iets minder diep, zodat ze meer warmte krijgen.

TIP! Laat zeker voldoende plaats tussen de bollen, je vindt de ideale plantafstand op de verpakking. Plant laaggroeiende bloembollen, zoals hyacinten, voor hoger bloeiende bloembollen als de tulp.

3. Plant de bollen. Plaats ze in het gat met de puntige kant naar boven, vul aan met grond en druk aan. Geef ruim water.

TIP! Plant bloembollen in je gras voor een leuk kleurrijk gazon! Maak een gat in het gras, stop de bol erin en maak het gat weer dicht. Let wel op wanneer je het gras maait. Vind je één bloem wat verloren staan? Plant ze dan in kleine groepen.