De kat bij de melk zetten? Liever niet, da’s geen goed idee. En wel om twee redenen: je kat heeft het niet nodig én ze kan pure koemelk helemaal niet verteren. Ze kan er zelfs ziek van worden. Oeps.
Eerst dit: wist je dat de meeste katten lactose-intolerant zijn? Ze worden dat naarmate ze ouder worden. Een kitten groeit doorgaans op met (de melk van) haar moeder. Omdat een kitten die moedermelk nodig heeft om goed te groeien, maakt haar lichaam een enzym aan dat de melksuiker (lactose) van de melk scheidt, waardoor ze de melk prima kan verdragen. Het is pas nadat een kitten stilaan overstapt naar vaste voeding, dat de aanmaak van het enzym stopt en de (intussen volwassen) kat nog slecht melk kan verdragen.
TIP! De aanmaak van het enzym stopt niet bij elke kat zo drastisch dat ze sowieso ziek worden van melk. Neem toch maar het zekere voor het onzekere en schrap melk van het menu.
Da’s jammer, want veel katten zijn verzot op melk! Doordat het lichaam van je kat de lactose niet kan afbreken, zal ze diarree en spijsverteringsproblemen krijgen. Er bestaat wél speciale kattenmelk met een minimale dosis lactose in, maar die bevat dan weer vet en calorieën. Overgewicht willen we vermijden.
Je kat moet natuurlijk wel voldoende vocht binnenkrijgen. Dat doe je door natvoer te geven – zo krijgt je kat de nodige voedingsstoffen en vocht binnen – én je kat te stimuleren om genoeg water te drinken. Gebruik hiervoor een leuke drinkfontein, want je kat is verzot op stromend water!
