Net zoals wij ons gebit goed verzorgen, moet ook je hond zijn tanden dagelijks poetsen. Het is te zeggen: jij zal zijn tanden moeten poetsen. Anders krijgt hij gebitsproblemen.
De eerste, meest logische en meest efficiënte manier om zijn tanden te verzorgen, is door de tanden te poetsen. Regelmatig en grondig.
Daarnaast zijn er nog enkele tips die je hond kunnen helpen om zijn gebit te verzorgen.
De zuurtegraad van het speeksel bepaalt of je hond aanleg heeft voor tandsteen. Het kan dus elke hond overkomen, maar kleine rassen hebben er wel het meeste last van. Eén van de eerste signalen is een onfrisse adem. De oorzaak is bijna altijd tandplak, een dun laagje op de tanden dat bestaat uit speeksel, voedselresten en bacteriën.
Tandplak, dat zich dagelijks ontwikkelt, moet je dan ook geregeld verwijderen. Niet alleen de tanden worden hierdoor aangetast, ook het tandvlees wordt rood en pijnlijk en trekt zich terug. Daardoor nestelen bacteriën zich tussen tand en kaakbeen, beginnen de tanden pijn te doen en komen ze los.
Verwijder je tandplak niet tijdig, dan verkalkt dit tot tandsteen. En dat kan enkel de dierenarts nog verwijderen. Dat wil je natuurlijk voorkomen en daarom moet je regelmatig zijn tanden poetsen.
Honden zijn op dit vlak net als mensen: ze worden geboren zonder tanden en krijgen pas later een melkgebit. Deze melktandjes vallen op hun beurt weer uit en maken zo plaats voor een volwassen gebit.
Een tandenwissel kan een pijnlijk proces zijn voor je puppy. Je kan de pijn gelukkig verzachten met kauwspeeltjes. Kauwen zorgt ervoor dat het tandvlees wordt gemasseerd en zo stimuleer je de doorbloeding van het tandvlees. Wat ook kan helpen, is verkoeling. Zowel zijn eten als zijn speelgoed kan je koel bewaren – zo verdoof je het tandvlees een beetje – of masseer het tandvlees met een koude, uitgewrongen doek.
TIP! Het is belangrijk om ook je puppy al te laten wennen aan het tanden poetsen ... zodra hij er heeft natuurlijk. Begin er dus zeker op tijd mee!
This Modal is powered by moori Foundation