Verwijder alle struiken, bomen, stenen en andere obstakels van het perceel waar je een gazon gaat aanleggen. Dat is ook belangrijk om achteraf de grond makkelijk te kunnen bewerken, bodemverbeteraar onder de grond te kunnen mengen en het terrein mooi te effenen.
Kies hiervoor altijd een milieuvriendelijke methode. Denk maar aan mechanische (met een onkruidsteker of onkruidbrander) of ecologische onkruidbestrijding (met producten op basis van pelargonzuur).
Geef de jonge grassprietjes extra voeding met organische gazonmeststof. Die is gemaakt van dierlijke en plantaardige voedingsstoffen die langzaam worden afgegeven en de bodemstructuur verbeteren. Zo groeit het gras geleidelijk, wordt het sterker en bouwt het meer weerstand op tegen ziekten en vorst.
Gazonzaad is altijd een mengeling van verschillende grassoorten. De kwaliteit van het graszaad wordt bepaald door de mengeling, de kiemkracht en de resistentie tegen ziektes. Kies het gazonzaad in functie van hoe (intensief) je het gazon wilt gebruiken.