Vogels die je tuin (willen) bezoeken, zijn vooral op zoek naar drie zaken: voedsel, veiligheid en een plek om te broeden. Zorg dat je rekening houdt met onze tips in dit artikel en je zal het zien: de vogels komen vanzelf aanvliegen!
Vogels hebben een lichaamstemperatuur van 40 à 41 °C en hebben dus dagelijks vetrijke voeding nodig om die temperatuur op peil te houden. Jij kan daarbij helpen! Voorzie een voederplankje vol lekkers, een zadensilo, mezenbolhouder of voederhuisje.
Daarnaast is drinkwater essentieel voor elke tuinvogel. Ze kunnen erin baden en uiteraard van drinken. Ververs het water regelmatig en maak het schaaltje op tijd schoon met heet water en een borstel. In de winter kan je met een schraper wat ijs losschrapen, de vogels zullen die ijsschilfers opeten. Voeg nooit suiker of zout toe aan het water.
Elke vogel is anders en heeft zijn eigen behoeften. Welke vogels op jouw tuin afkomen, hangt dus voornamelijk af van wat jij aanbiedt. Heb je een favoriete tuinvogel die je graag wil terugzien? Maak je tuin dan extra aantrekkelijk met lekkers op zijn maat.
Planten zijn van levensbelang voor onze tuinvogels. Ze zijn een bron van leven: ze dragen bessen of trekken insecten aan die de tuinvogels kunnen eten. En ze bieden beschutting — essentieel voor een weerloze vogel. Plant daarom voldoende kruiden, insectenvriendelijke planten of bloemen, hagen en heggen of bomen en struiken in je tuin die als schuilplaats kunnen dienen.
Kies altijd voor inheemse planten. Die trekken veel meer insecten aan dan hun uitheemse varianten en insecten zijn voor veel vogels een belangrijke voedselbron. Een voorbeeld: op een zomereik kunnen tot 155 verschillende soorten nachtvlinders leven, op een uitheemse Amerikaanse eik vind je maximaal 10 soorten nachtvlinders. Of een cypres vormt dan wel een prima schuilplaats, maar bevat zo goed als geen insecten.
Zorg dat de vogels ook vanuit hun voeder- of nestplaats altijd een vluchtweg hebben, anders komen ze niet. Ideaal hiervoor zijn dichtbegroeide struiken of bomen of planten met stekelige blaadjes en doornen, zoals hulst of vuurdoorn. <
TIP! Vogels zijn een dankbare prooi voor je kat. Hoe graag je je kat ook ziet, de tuinvogels verdienen ook een momentje van rust. Doe je kat een belletje om, zodat de vogels haar horen aankomen en op tijd kunnen wegvliegen.
Zorg dat er natuurlijk nestmateriaal te vinden is in je tuin, zoals bladeren, takjes, snoeisel ... Vogels hebben nood aan bomen, want daarin vinden ze bovendien insecten om te eten. Staan er in je tuin geen bomen of struiken? Dan heeft het ook geen zin om nestkastjes op te hangen. Er zijn wel vogels die nesten in de struiken. Dichtbegroeide struiken zijn dan het meest geschikt om hun nest in te verstoppen.
Voorzie nestkastjes die zijn aangepast aan de vogels die in je tuin verblijven en hou daarbij rekening met enkele tips.
Tuinvogels zijn een teken dat het goed gaat in je tuin. Er is veel natuurlijk materiaal te vinden en de natuur is er in balans. Ze brengen leven in de brouwerij en zijn prachtig om naar te kijken en te luisteren! En ... ze kunnen je verlossen van lastige diertjes die minder welkom zijn in je tuin. Zo vangen mussen bladluizen, ook al eten mussen van nature zaden. Zodra ze jongen hebben, gaan de ouders actief op zoek naar bladluizen. Een koolmees herkent de geur die rupsen verspreiden en vreet die beestjes met smaak op. En spreeuwen lusten graag emelten, de vervelende larven die je gazon verpesten.