Om alles uit jullie wandeling te halen, is het belangrijk dat jij en je hond goed communiceren en naar elkaar luisteren. Jij moet rekening houden met zijn behoeften en alert zijn wanneer hij aangeeft iets fijn of helemaal niet leuk te vinden. Hij moet op zijn beurt flink luisteren en begrijpen dat jij de baas bent. Lukt dit, dan is het vooral genieten. Om je te helpen dit evenwicht te vinden en te bewaren, geven we je graag enkele gouden wandeltips!
Alles begint met de halsband en de riem. Een correcte halsband sluit netjes aan op de hals van je hond en kan niet over zijn kop worden getrokken. Daarnaast heb je een goede stevige lijn nodig. Zorg ervoor dat die lang genoeg is, zo’n 2,5 à 3 meter, zodat je hond voldoende vrijheid voelt. Is de lijn te kort of te lang, dan zal jullie wandeling al snel herleid worden tot een partijtje touwtrekken.
In plaats van de halsband kan je ook voor een harnas kiezen. Zowel de halsband als het harnas heeft hetzelfde doel: het geeft, in combinatie met de riem, controle over je hond. Een harnas kan interessant zijn als je hond doorgaans veel kracht uitoefent. Met een tuigje wordt die kracht beter verdeeld over zijn hele lichaam en niet enkel geconcentreerd rond zijn nek. Het is belangrijk dat het tuigje goed aansluit op de borst van je hond.
Misschien voel jij het niet altijd zo aan, maar voor je hond is een wandeling een momentje van ultiem geluk waarop hij zijn energie kwijt kan. Neem hier dan ook je tijd voor! Een volwassen hond moet vier tot vijf keer per dag buiten zijn en gedurende 1 tot 1,5 uur wandelen. Dus liever enkele korte wandelingen, dan één grote trektocht per dag. Maak van elke gelegenheid gebruik om jullie band te versterken, te spelen en te trainen en je hond op tijd te belonen.
TIP! Hoe vaak en hoe lang je hond mag wandelen, is vooral afhankelijk van zijn leeftijd. Voor een puppy hanteer je de 5-minuten-regel. Een wandeling met een puppy mag 5 minuten duren per maand dat hij oud is. Met andere woorden: is je puppy 6 maanden oud? 5 minuten x 6 maanden = een wandeling van een halfuur. En dat tot 4 keer per dag.
Hou het interessant voor je hond door afwisseling te voorzien, zowel in de route als met spelletjes, snacks of het tempo. Je kan een keer het blokje om gaan en het zal je hond deugd doen, maar niet elke keer opnieuw. Verander daarom regelmatig het traject. Trek een keer naar het park, het bos of kruip in de auto en verken een volledig nieuw terrein, met allerlei nieuwigheden voor je hond om te ontdekken.
Dat geldt ook voor zijn training. Nu mag hij een keer verder lopen, dan moet hij weer naast jou wandelen. Beloon hem met een snack als hij flink luistert, het zal meteen ook jullie band versterken. En vergeet natuurlijk niet te spelen! Neem apporteerspeelgoed mee en daag je hond fysiek en mentaal uit.
In België moet je hond altijd aan de leiband in bossen, op het platteland en in de stad. Maar honden zijn van nature erg nieuwsgierig. Tijdens een wandeling gaat je hond dan ook graag op verkenning en gaat hij liefst zijn neus achterna. Dan kan het frustrerend zijn als hij niet de vrijheid krijgt om dat te doen, maar jij moet je natuurlijk ook aan de regels houden en andere wandelaars (en hun honden) respecteren. Ga daarom regelmatig ergens wandelen waar je hond echt vrij mag rondlopen. Geen leiband, geen restricties, geen route.
TIP! Een zone gevonden waar je hond lekker vrij mag rondlopen? Overweeg dan om hem een gps tracker om te doen. Zo ben je helemaal zeker dat jullie mekaar niet uit het oog kwijtraken.
Bij zo’n wandeling gaat het niet zozeer over het parcours of de afstand. Het gaat er vooral om dat je hond helemaal zíjn ding kan doen. Hoe lang het duurt, dat bepaal jij. Maar hoe jullie dat tochtje invullen, die keuze is helemaal aan je hond! Wandelen, lopen, stoppen, snuffelen. Tegenwoordig vind je meer en meer hondenweides, parken of losloopzones die volledig zijn afgesloten en bestemd voor honden om in alle vrijheid te kunnen rondlopen.
TIP! Zelfs als het mag, is het toch verstandig om je hond soms aan de leiband te houden. Bijvoorbeeld als hij nog in training is, als hij bang is voor vreemde honden, als hij loops is of als hij de neiging heeft om naar wandelaars of fietsers te rennen. Safety first!