Winkels in heel België Expert in tuin en dier Professioneel advies op maat Groot aanbod kwaliteitsproducten

5 tips voor de perfecte hondenwandeling

Om alles uit jullie wandeling te halen, is het belangrijk dat jij en je hond goed communiceren en naar elkaar luisteren. Jij moet rekening houden met zijn behoeften en alert zijn wanneer hij aangeeft iets fijn of helemaal niet leuk te vinden. Hij moet op zijn beurt flink luisteren en begrijpen dat jij de baas bent. Lukt dit, dan is het vooral genieten. Om je te helpen dit evenwicht te vinden en te bewaren, geven we je graag enkele gouden wandeltips!

1. De juiste leiband

Alles begint met de halsband en de riem. Een correcte halsband sluit netjes aan op de hals van je hond en kan niet over zijn kop worden getrokken. Daarnaast heb je een goede stevige lijn nodig. Zorg ervoor dat die lang genoeg is, zo’n 2,5 à 3 meter, zodat je hond voldoende vrijheid voelt. Is de lijn te kort of te lang, dan zal jullie wandeling al snel herleid worden tot een partijtje touwtrekken.

In plaats van de halsband kan je ook voor een harnas kiezen. Zowel de halsband als het harnas heeft hetzelfde doel: het geeft, in combinatie met de riem, controle over je hond. Een harnas kan interessant zijn als je hond doorgaans veel kracht uitoefent. Met een tuigje wordt die kracht beter verdeeld over zijn hele lichaam en niet enkel geconcentreerd rond zijn nek. Het is belangrijk dat het tuigje goed aansluit op de borst van je hond.

Bekijk ons aanbod

2. Neem je tijd

Misschien voel jij het niet altijd zo aan, maar voor je hond is een wandeling een momentje van ultiem geluk waarop hij zijn energie kwijt kan. Neem hier dan ook je tijd voor! Een volwassen hond moet vier tot vijf keer per dag buiten zijn en gedurende 1 tot 1,5 uur wandelen. Dus liever enkele korte wandelingen, dan één grote trektocht per dag. Maak van elke gelegenheid gebruik om jullie band te versterken, te spelen en te trainen en je hond op tijd te belonen.

TIP! Hoe vaak en hoe lang je hond mag wandelen, is vooral afhankelijk van zijn leeftijd. Voor een puppy hanteer je de 5-minuten-regel. Een wandeling met een puppy mag 5 minuten duren per maand dat hij oud is. Met andere woorden: is je puppy 6 maanden oud? 5 minuten x 6 maanden = een wandeling van een halfuur. En dat tot 4 keer per dag.

3. Daag hem uit

Hou het interessant voor je hond door afwisseling te voorzien, zowel in de route als met spelletjes, snacks of het tempo. Je kan een keer het blokje om gaan en het zal je hond deugd doen, maar niet elke keer opnieuw. Verander daarom regelmatig het traject. Trek een keer naar het park, het bos of kruip in de auto en verken een volledig nieuw terrein, met allerlei nieuwigheden voor je hond om te ontdekken.

Dat geldt ook voor zijn training. Nu mag hij een keer verder lopen, dan moet hij weer naast jou wandelen. Beloon hem met een snack als hij flink luistert, het zal meteen ook jullie band versterken. En vergeet natuurlijk niet te spelen! Neem apporteerspeelgoed mee en daag je hond fysiek en mentaal uit.

Bekijk ons hondenspeelgoed

4. Laat hem los (wanneer dat kan)

In België moet je hond altijd aan de leiband in bossen, op het platteland en in de stad. Maar honden zijn van nature erg nieuwsgierig. Tijdens een wandeling gaat je hond dan ook graag op verkenning en gaat hij liefst zijn neus achterna. Dan kan het frustrerend zijn als hij niet de vrijheid krijgt om dat te doen, maar jij moet je natuurlijk ook aan de regels houden en andere wandelaars (en hun honden) respecteren. Ga daarom regelmatig ergens wandelen waar je hond echt vrij mag rondlopen. Geen leiband, geen restricties, geen route.

TIP! Een zone gevonden waar je hond lekker vrij mag rondlopen? Overweeg dan om hem een gps tracker om te doen. Zo ben je helemaal zeker dat jullie mekaar niet uit het oog kwijtraken.

Bij zo’n wandeling gaat het niet zozeer over het parcours of de afstand. Het gaat er vooral om dat je hond helemaal zíjn ding kan doen. Hoe lang het duurt, dat bepaal jij. Maar hoe jullie dat tochtje invullen, die keuze is helemaal aan je hond! Wandelen, lopen, stoppen, snuffelen. Tegenwoordig vind je meer en meer hondenweides, parken of losloopzones die volledig zijn afgesloten en bestemd voor honden om in alle vrijheid te kunnen rondlopen.

TIP! Zelfs als het mag, is het toch verstandig om je hond soms aan de leiband te houden. Bijvoorbeeld als hij nog in training is, als hij bang is voor vreemde honden, als hij loops is of als hij de neiging heeft om naar wandelaars of fietsers te rennen. Safety first!

Prachtige losloopzones voor je hond

5. Wat je zeker niet mag doen

  • Gehaast zijn. De wandeling is heilig voor je hond. Een moment waarop hij zijn pootjes kan strekken én quality time met zijn baasje kan spenderen. Hou hier rekening mee, ook al heb je er net een lange dag of een korte nacht opzitten. Het zal jullie beiden deugd doen!
  • Hondenpoep laten liggen. Meer zelfs: hondenpoep die niet in de vuilbak of een openbaar hondentoilet belandt, wordt gecategoriseerd als zwerfvuil. Niet leuk voor voorbijgangers en simpelweg verboden. Een kakje hoort in een zakje.
  • Je kwaad maken op je hond. Om je hond te trainen of iets aan te leren, is het belangrijk om geduldig te blijven en positief gedrag te belonen met een snack. Je hond zal snel genoeg het gewenste gedrag associëren met wat lekkers. Hem straffen of je stem verheffen, is dan weer geen goed idee. Geef liever zo weinig mogelijk aandacht aan ongewenst gedrag.
  • Hem laten loslopen waar dat niet mag. Hoe graag jij je huisdier ook ziet en hoe goed hij zich thuis ook gedraagt: in de natuur zijn er veel meer indrukken en verandert ook het gedrag van je hond. Hij is waakzamer en zijn instincten staan op scherp. Om de regels te respecteren, ongelukken te vermijden en rekening te houden met het comfort van andere honden, wandelaars of fietsers: hou je hond aan de leiband wanneer dat verplicht is.
  • Wandelen wanneer het te warm is. Honden verdragen hitte niet zo goed en kunnen niet zweten zoals wij om hun lichaamstemperatuur te controleren. Zij verliezen enkel warmte door te hijgen en via hun voetzooltjes, terwijl die net het risico lopen om te verbranden wanneer het warm is. Zeker als jullie route langs asfaltwegen loopt. Is het echt heet, hou dan liever je hond binnen en ga ’s ochtends vroeg of ’s avonds laat wandelen.
  • Je hond forceren als hij geen zin heeft om te wandelen. Waarschijnlijk is er dan wat mis. Zijn tuigje zit niet goed, hij is angstig, heeft pijn, het is te koud of te warm … Hou altijd rekening met de noden van je hond. Begrijp je niet wat het probleem kan zijn? Neem dan contact op met je dierenarts.

Raadpleeg onze checklist voor jullie wandeling!